“Ga je straks mee met de Olympische Koploper naar Enschede? Trein vertrekt over een uur uit Den Haag CS.” Een onverwachts SMS’je kwam binnen op mijn iPhone. Snel snelde ik naar Utrecht om Sandrvich en Krasnapolsky te ontmoeten, uiteraard in de Olympische Koploper. Al snel waren Interrail plannen gesmeed om met Sandrvich richting Roemenië en Servië te gaan. Nadat ik mijn ouders mee had gedeeld dat ik met een vriend op Interrail ging sloeg de opwinding wat weg dat ze Roemenië hoorde en geen Frankrijk.
Half juli sloot ik mijn studentenkamer in Hoofddorp af en ging begaf me naar het station. Ik had de instructie gekregen om pas op het Centraal Station van Amsterdam mijn interrailpas in te vullen en van Hoofddorp naar Amsterdam CS gebruik te maken van mijn Studentenreisproduct. Aangekomen op Amsterdam CS haalde ik een avondmaal en wachtte op de nachttrein richting Moskou. Helaas ging de reis daar niet heen. Ik moest in het gedeelte naar Praag instappen. Sandrvich stapte in Arnhem op de trein. Die avond spraken we over zijn eerder gemaakte reizen en dronken we een biertje. Dit was niet mijn eerste reis met de nachttrein door Europa. Eerder in 2001 en 2002 maakte ik met mijn ouders een reis naar Zuid-Frankrijk met de autoslaaptrein. Dat die reis iets anders was dan met de nachttrein naar Dresden werd mij duidelijk in de nacht bij Hannover. Omdat de EuroNightLine 447 bestaat uit diverse rijtuig groepen word er onderweg regelmatig gerangeerd omdat deze rijtuiggroepen verschillende bestemmingen hebben en andere rijtuiggroepen worden toegevoegd aan deze trein. Desondanks kwamen we uitgerust aan in Dresden.
We hadden een half uur overstap tijd op de trein naar Budapest in Dresden. Snel werd er een kopje thee gehaald, voor een croissantje was geen tijd meer omdat ze in de oven zaten. We begaven ons naar het perron waar we net vandaan kwamen. Deze trein zou de zelfde route tot Praag afleggen als de nachttrein waar we net uit waren gestapt. “Maar waarom zijn we dan niet overgestapt in Praag?” vroeg ik Sandrvich “Deze trein is comfortabeler en wordt in Praag pas druk.” En gelijk kreeg hij. Riante fauteuils voor de tweede klas. Ondertussen volgde de trein zijn weg langs de Elbe. En werden de grauwe industriegebieden afgewisseld met felgekleurde flats “Zo jammer dat Tsjechië die flats heeft laten overschilderen. Voor echte grauwe flats moet je steeds verder weg.” Deelde Sander mee wijzend naar fletsblauw geschilderde flats aan de overkant van de Elbe “Gelukkig staat er nog wel veel vervallen en grauwe industrie tussen.” Langzamer hand merkte je dat je dichter bij Praag kwam. De trein werd voller en her en der kwamen spoorlijnen en autowegen uit de bergen en dalen die zich aansloten op langs de Elbe liggende infrastructuur. Het perron in Praag zag zwart van de mensen, specifieker, het zag zwart van de backpackers met interrailpassen op het perron. Nadat de reizigers uitgestapt waren werd het al gauw druk en men zocht haastig naar zijn, haar of hun plekje of werden er juist weer vanaf gestuurd omdat er iemand aankwam met een zitplaatsreservering. “Jongens, hier zijn nog zitplaatsen vrij!!” werd er door het rijtuig geschreeuwd. “Als ze zitten worden ze er waarschijnlijk vanaf gestuurd door iemand met een zitplaatsreservering.” Voorspelde Sandrvich en inderdaad. De rugzakken lagen nog niet in het bagagerek en er kwam al een Tsjech aan met een reservering. “Ik Begrijp het niet, we gaan toch van Praag naar Bratislava. Hier staat Praag naar Bratislava. Waarom moeten we dan weg?” Een kleine anderhalf uur later zou ik ze twee rijtuigen verderop tegenkomen op weg naar de restauratie. Na twee rijtuigen geklommen en geklauterd te hebben over mensen en backpacks bereikte ik de restauratie. Blijkbaar had Sandrvoch, die mij voor was gegaan, het laatste broodje kunnen bemachtigen. Met lege handen en mag ondernam ik de toch terug naar mijn zitplaats, de lege handen waren een uitkomst bij het klauteren en klimmen. De trein vervolgde zijn weg richting Brno en zag het Tsjechische landschap aan me voorbij gaan. Vanuit de schoolboeken en de leerstof over de geschiedenis van Oost-Europa had ik niet gedacht dat Tsjechië zo’n mooi land was en reden om dit land verder te gaan ontdekken in de toekomst. “Probeer eens uit te spreken.” Zei Sandrvich tegen me en ik brak mijn tong over de naam wat op het stationsbord stond. Voor de gewone reizigers was nog maar amper plaats in deze trein en met de vrijkomende stoelen ontstond er weer een stoelen dans van korte duur, sommige hadden geluk anderen weer pech. Naarmate we Slowakije naderde werd het landschap steeds flakker en nam de regen toe. In Bratislava liep de trein leeg en snelde de interrailers zo snel mogelijk naar de stationshal om de regen te ontvluchten. “Bratislava is ook zo’n typische interrail bestemming. Uitgaansleven is heel goedkoop en daar komen ze voor. Daarna gaan ze naar Boedapest en zeggen ze dat ze Oost-Europa hebben gezien, terwijl Oost-Europa hier al voorbij getrokken is en je voor Oost-Europa naar Roemenië en de Balkan moet.” Deelde Sandrvich mee. Omdat ikz elf nog nooit eerder ten oosten was geweest van Duitsland moest ik wel op zijn woord vertrouwen. Van deze regio kreeg je zo weinig mee dat je het maar zelf moet ervaren. Ondertussen vervolgde de trein zijn weg naar Boedapest door de regen. Erg mooi zag de regio er niet uit als het grauw en regenachtig is. Vlak voor Boedapest Keleti komen veel sporen bij elkaar en lopen als een grote bundel richting het kopstation. Onze trein arriveerde op het middenperron van dit station. Ik keek met verbazing rond nadat onze trein gearriveerd was, De stationsoverkapping van Budapest Keleti wordt door geen station wat ik eerder heb bezocht overtroffen, wat mij ook opviel is dat Boedapest een knooppunt is, naast onze trein stond een trein naar Moskou en Kiev, wij kwamen vanuit Duitsland en gingen morgen naar Roemenië en had begrepen dat we op de terug weg ook weer langs Boedapest zouden komen op weg van Belgrado naar Wenen.
Op Keleti werden we verwelkomd door verschillende mannen die ons een taxi, hostel of kortingsbonnen voor attracties aanboden. Voor geen van alle hadden we interesse. Het hostel wat Sandrvich had geboekt was twee straten verder op gevestigd. In nog geen vijf minuten liepen we er heen en ook nog met een kleine onderbreking bij de bank om de nodige forinten te halen. Na te hebben ingecheckt te hebben en de bagage af op de slaapzaal te hebben gebracht deden we boodschappen, voor het eerst van die dag vulde ik mijn maag met droogbrood en Parijse ham. Helaas hadden we per ongeluk een fles water met prik gekocht, na goed te kijken naar het Hongaars kon je uitmaken dat er koolzuur in za, één van de weinige dingen die je in het Hongaars kon vertalen. Na de maaltijd gingen we Boedapest verkennen. Al snel kwamen we uit bij het Sowjet monument om de gevallen Sowjet soldaten te eren voor de strijd om Boedapest in 1944-1945. Helaas is dit monument een doorn in het oog van menig Hongaar en wordt het wel eens beklad en vernield. Reden om voor het stadsbestuur het monument zwaar te bewaken met hekken. We wandelde verder langs de Donau om de bruggen en het parlementsgebouw te bekijken. Die avond keerde we terug naar het hostel en dronken dar nog een biertje.
Die avond heb ik moeilijk geslapen, mede door het openstaande raam en de ventilator die de koelte moest verspreiden door de kamer. Die ochtend lag ons ontbijt nog in de koelkast en namen het mee richting het station. Voordat we naar onze trein gingen kochten we nog wat proviand bij de supermarkt tegenover Keleti. Onze trein stond al gereed op het station, niet onder de mooie overkapping, maar daar buiten. Al snel was de trein gevonden en stapten we de Roemeense rijtuigen binnen. Tegenover onze plaats zat een man zijn ontbijt te nuttigen in de vorm van drinkbare ontbijtgranen, halve liter pils. Volgens het spoorboekje vertrok de trein op tijd uit Boedapest Kelti en vervolgde zijn weg richting de Roemeense grens. Onderweg passeerde de trein de troosteloze buitenwijken van Boedapest op weg naar de vlakte van Hongarije, de grauwe flats maakte plaats voor eindeloze grasvlakte en werd onderbroken door het grijze beton van Szolnok. Dichterbij Roemenië werden de wolken steeds donkerder en begon het te regenen. In Biharkeresztes hadden we de Hongaarse uitreis controle en in Oradea kwam eerst de Roemeense grenswachten en douaniers door de trein om de reizigers te controleren. Het vlakke Hongaarse landschap werd ingewisseld voor de bergachtige landschap voor Noord Roemenië. Onderweg naar Cluj Napoca werd ik overrompeld met de beelden die ik kende vanuit schoolboeken over Roemenië. Verlaten en vervallen industrie en tussen door Roma gezinnen die in kortachtige woningen wonen. De staat van de spoorwegen was duidelijk anders dan in Hongarije, waar daar de sporen nog enigszins egaal lagen wiebelde de trein over de Roemeense sporen met het karakteristieke “kedeng kedeng” geluid. We passeerde meer overwoekerde spoorwegemplacementen en vervallen industrie om uiteindelijk in een droog Cluj Napoca te arriveren, tot de verbazing van Sandrvich waren we zelfs een uur te vroeg. Maar dit had er meer mee te maken dat we ons horloge niet bij de grens hebben verzet naar de Roemeense tijdszone.