We daalde de trappen af in de majestueuze stationshal van Kiev Passazjiersky Vakzal. Een schoonmaker was bezig met het aanvegen van de vloer en een verdwaalde jonge meid lag te slapen op de trap, een lijmsnuif verslaafde volgens Krasnapolsky. Op het stationsplein waaide een koude wind en alcoholisten en zwervers zochten warmte in de bushokjes. Krasnapolksy kocht nog een cheeseburger bij en MacDonalds, welk goed voorbereid was om overvallen te weren. Nadat hij de burger gekregen had en genuttigd liepen we verder naar het Hostel waar Sandrvich en Wosterhouter al waren gearriveerd. Na een klein halfuurtje wandelen door het nachtelijke Kiev bereikten we het hostel,, althans de flat. Het duurde nog even voordat we het daadwerkelijk gevonden had op het binnenplein tussen de flats.
De volgende ochtend werden we gewekt door een niet startende Lada op het parkeervak onder onze raam. Krasnapolsky en ik hadden een korte nacht gehad ondanks dat we relatief laat waren gewekt. Veel tijd in Kiev hadden we niet, eind van de middag vertrok onze trein richting Sarny. We besloten de tijd te doden in een koffiezaak (ja ik dronk toen nog koffie) om aansluitend naar de Puzata Hata te gaan, een betaalbaar restaurant met traditionele Oekraïense gerechten. Lang hoef je niet te wachten op je eten, het eten wacht namelijk al op jou en je laad het zo op je dienblad en rekent af. Net als bij de snellehapketens was het nog wel zoeken naar een vrij tafeltje, ondanks de grote drukte was deze zo gevonden. Na het nuttigen van een kom borsht, en de nodige ardappels en koolsalade, weggespeld met een groot glas gekoelde kwass gingen we al weer richting het hostel om onze bagage op te halen en naar het station af te reizen voor de trein naar Sarny. Voordat we daadwerkelijk de trein konden gebruiken dienden we nog de vervoersbewijzen aftehalen bij het loket, wat makkelijker is gezegd dan gedaan. Voor de afhaal loketten stonden lange rijen en toen Krasnapolsky een leeg loket proberde diende hij zich te legitimeren als Oekraïense militair. Omdat het niet duidelijk was welke rij sneller was besloten we ons op te splitsen over drie rijden met een loopjongen om te peilen wie het eerst aan de beurt was. Waar de rij van de Wosterhouter abrupt werd onderbroken door een naar beneden rollend luik en dichtdraaiende luxaflex was het toch d eer aan de rij van Krasnapolsky, wie het eerst het loket bereikte. Na een snelle overhandiging van het reserveringsformulier kreeg Krasnapolsky de vervoersbewijzen overhandigt. Nog even snel langs de kiosk voor wat flessen water, bier en chips voor onderweg. “Welk trein nummer hadden we Krasnapolsk? ” Vroeg Sandrvich. Krasnaposlky gaf antwoord en we volgeden Sandrvich naar het juiste perron. We overhandigde de provodnitsja de vervoersbewijzen en ze liet ons instappen.
Nadat de trein Kiev uitrolde kwam de provodnitsja de vervoersbewijzen ophalen en inventariseerde wie een glas thee lustte. Zonder aarzeling bestelde ik een zwarte thee en werd gevolgd door Krasnapolsky, Sandrvich en Wosterhouter aarzelde even en besloten om toch ook maar zwarte thee te bestellen. Nadat de glazen thee in metalen glazenhouders met de logo’s van de Oekraïense spoorwegen op tafel gekomen waren bleek de aarzeling overbodig te zijn. Thee in zulke glazen in de trein voor, omgerekend, 20 eurocent verdient geen aarzeling. Kiev lag inmiddels achter ons en buiten de trein gleden de bomen en telefoonpalen langs. Net als de thee waren het gespreksstof ook op, tijd voor de Wosterhouter om naar boven te klimmen en de reisgids voor Wit-Rusland gade te slaan. Al snel kwam er een schaterlach van boven. “Jongens, er heet een stad Pinsk! Het schijnt er heel saai te zijn en ligt in de moerassen aan de over van de Pripyat.” Nadat Krasnapolsky gevraagd had waar dat lag en we er per trein konden komen werd er besloten om ons niet aan de voor afgekondigde reisschema te gaan houden maar naar Pinsk Brest en Minsk te gaan in plaats van Vitebsk, Gomel en Minsk. “Oh hahah,, er is een Hotel Pripyat wat een juweel van Sowjet architectuur blijkt te zijn, zullen ze daar ook heel stijf en onvriendelijk Sowjet personeel hebben?” Niet dat we veel keuze hadden om hotel Pripyat want dat was et enige hotel welk vermeldstond in de reisgids. Na een paar uur rijden stopte de trein in Korosten, een stop van zeker een kwartier. Tijd om de benen te strekken en te kijken of er iets te eten te halen viel. Krasnapolsky slaagde er niet in om pizaa’s te halen bij een stalletje op het perron. De rij was daar voor te lang en al klaar gemaakte pizza’s waren uitverkocht, als ze er überhaupt al waren.
Toen de trein Korosten achterliet zat ik te bladeren door een Transaero inflightmagazine, gwoon de standaard ellende van een infligtmagazine over reizen en een miljonairslifestyle maar dan wel na elk artikel, van pak weg twee pagina’s, een pagina grote advertentie voor wodka, Sowjet champagne of Armeense cognac. Niet veel alter kwamen onze buren even bij ons buurten. “Where are you from?” “We are from the Netherlands.” “We are from Ukraine, why you come here Ukraine is bad, you know Stalin, communism, Chernobyl, poor people.” Nadat Wosterhouter uit had proberen te leggen waarom we naar Oekraïne waren gekomen. Nadat zijn vriend er achter kwam dat we uit het westen kwamen en mogelijk rijk waren maar ontdekte dat dat waarschijnlijk niet zo ws omdat we in Oekraïne op vakantie waren merkte hij op “Ah, we don’t ahve to kill you.” In zijn beste Engels feleerd uit actiefilms. Of zij hun eindbestemming bereikten weten we niet, wat we wel weten is dat er in Sarny een ontvangst comité klaarstond bij elke deur van het rijtuig. Dat zij afgevoerd zouden worden naar het politiebureau van Sarny was duiddelijk.
Door een donker park liepen w richting het hotel dat Krasnapolsky geboekt had. Nadat we de hoofdstraat hadden bereikt moesten we uitkijken naar Hotel Sloetsj, niet dat we het direct vonden want we belanden voor een gesloten gereedschapswinkel welk ook Sloetsj hete. Toen we werden aangesproken door een jonge dame of ze ons kon helpen wijste ze resoluut naar het gebouw aan het begin van de straat aan de overkant. Toen we inmiddels de straat overgestoken waren hoorde we haar “Oh, those are my boys!.” Roepen. We checkten in bij een slecht belichte receptie welk bemand werden door twee dames op leeftijd. Bij het inchecken werden onze paspoorten uitvoerig bestudeerd, vermoedelijk om een beeld te krijgen van de exotische plaatsen van uitgiften en achternamen waar ze nog nooit van gehoord hebben. Het lezen van latijnse letters ging wat stroef want Haarlemmermeer kwam er moeilijk uit, nu wil ik niet gelijk hun afschieten want ongetwijfeld spreek ik een plaats als Hlushytsya vloeiend zou uitspreken. De dames stonden er op dat we met zijn allen op één kamer zouden slapen, we waren immers een gezelschap op reis, dus kregen we de laagste klasse van het hotel. Eén maal op onze kamer aangekomen stonden er vier bedden in een kamer verlicht door twee peertjes aan het plafond. Al snel waren de bedden verdeeld en wilden werd er een expeditie uitgezet om het collectieve sanitair te keuren. Geen toilet papier en geen warm water, althans de kraanknop ontbrak, voor de douche diende je de sleutel op te halen op het hangslot te openen. Wosterhouter ging maar uit voorzorg bij de receptie een rol toiletpapier halen. Gezien het gelach weten we genoeg over de improvisatie. Ondertussen verkende wij de eerste verdieping van dit hotel, wat bestond uit slechts een enkele gang welk niet verlicht was. Naast onze kamer en het sanitair zat de boekhouder en de lokale muziekklas ook op deze gang. Toen we ons opmaakte om te gaan slapen ontdekte Sandrvich dat er prostituees op weg waren naar de bovenste verdieping. Nadat ik een opmerking maakte dat het nog wel eens een gezellige avond zou worden attendeerde Krasnapolsky er op dat nog wel eens een dure avond kon gaan worden. Als er immers één was die op de kosten lette was hij het wel, hij ontdekte de route via Sarny naar Wit-Rusland omdat dat goedkoper was dan de directe trein vanuit Kiev.